• Nieuws
  • Geestelijk gezond in coronatijden 28 - taaldocent Stefaan Evenepoel

Geestelijk gezond in coronatijden 28 - taaldocent Stefaan Evenepoel

Nu de beestjes uit mijn lijf zijn

Niet panikeren en je virtueel laten omarmen door vriendschap. Het zijn twee belangrijke factoren die de genezing van Stefaan Evenepoel bespoedigd hebben. De taaldocent reflecteert op zijn corona-infectie in een aangrijpende en meeslepende getuigenis.

 

Ik besef dat ik geluk heb gehad. Ik ben begin zestig en goed herstellende van een serieuze corona-infectie. Drie weken geleden mocht ik na een week van kentering het ziekenhuis verlaten. Daar ben ik ontzettend dankbaar om. Ik denk dat er ten minste twee factoren zijn geweest die mijn genezing hebben bevorderd. Vijf factoren, als ik de extra dosis noodzakelijk geluk meetel en mijn vrij goede conditie die ik op peil probeer te houden met een fiets- en wandeltocht tussendoor. En uiteraard ook de schitterende gezondheidzorg waarover we in ons land beschikken met de prachtig zorgende mensen binnen en buiten onze ziekenhuizen. Dat we nog maar een hele tijd klokslag 20u uit ons kot komen om voor hen te applaudisseren! Althans dat is wat we in Gent proberen te doen.

 

Dr. Google

Laat ik even stilstaan bij die twee andere factoren die ik nog niet genoemd heb. Toen ik ergens half maart besmet geraakte en de bekende symptomen zich steeds sterker lieten voelen, heb ik geprobeerd om mijn angst zo goed mogelijk te bedwingen en vooral niet alles te gaan lezen over corona en haar mogelijke gevolgen. Overal vind je de vreselijkste verhalen, vraag is: schiet je daar als patiënt ook maar iets mee op? Paniek vreet energie en kracht en daar heb je door je besmetting net een tekort aan. Uiteraard wil je als patiënt weten wat je te doen staat, hoe het virus zich landelijk en wereldwijd verspreidt, hoe het land ervoor staat. Maar van horrorverhalen en van de opsomming van het potentiële falen van zowat al je organen, daar houd je je beter van weg. Dat het verdomde virus in je longen zit, dat voel en weet je door de benauwende pijn om adem te halen, de koorts, de futloosheid. Ik was er niet van op de hoogte dat het virus op zoveel manieren in mijn lijf te keer kon gaan, en dat heeft me geholpen, denk ik. Zo kon ik me concentreren op het vertrouwen dat het goed zou komen, dat de verzorgers en dokters de ongenode gasten de baas zouden kunnen. Ik had geen behoefte aan dr. Google en zijn gedetailleerde aankondigingen van de gruwelijkste complicaties. Die zijn er in mijn geval ook niet gekomen. Nogmaals, zonder geluk en professionele hulp zou het helemaal anders zijn gelopen. Maar toch beschouw ik een zo rustig mogelijke en positief afwachtende houding als patiënt een eerste factor om je beter gewapend tegen die vieze indringers te weren.

 

Toverwoord

De tweede sterkmaker die ikzelf mocht ervaren: de spontane steun van een heel warme kring van medestanders: familie, vrienden, collega"s, buren, oude en nieuwere kennissen. Corona is wat dat betreft een toverwoord. Het spreekt de empathie van mensen rechtstreeks aan, men wordt in zijn medemenselijkheid diep geraakt. Misschien is dat vanuit het besef dat werkelijk iedereen getroffen kan worden. En vanuit het besef dat de gevolgen zo ingrijpend kunnen zijn. Iedereen lotgenoot, dat gevoel. Ik heb ook voor het eerst in mijn leven aan mijn (ietwat ruimere) omgeving echt om emotionele steun durven te vragen. Ik denk hier aan de mannen-vriendengroep waar ik me intens mee verbonden voel, aan de dansers van mijn hobbyclub, aan mijn naaste collega"s. Dat zovelen van heel dichtbij en van iets verderaf met mij, mijn vriendin en dochter contact opnamen, lieve berichtjes bleven sturen, bleven informeren, hulp aanboden onder tal van vormen, dat ze meeleden met mij en mee jubelden als het beter begon te gaan, dat alles was voor mij van onschatbare waarde. Ik zal dat nooit vergeten. Dat gevoel van bescherming en virtuele omarming door vriendschap en nabijheid heeft me ongetwijfeld geholpen om na beklemmende, kortademige en koortsige weken de rug weer te rechten.

 

Malariapillen

Na de factoren waar ik me moreel en emotioneel zowat aan heb vastgeklampt, zet ik kort nog de feiten op een rij. Ik geef les in het hoger onderwijs. Halverwege maart moet ik de besmetting hebben opgelopen. Eind maart werd ik ziek. De dokter had me over de telefoon gezegd: 'Hoge koorts én kortademigheid, daar moet je bijzonder alert voor zijn.' Maar wat is hoge koorts? En wanneer ben je echt kortademig? Ik wist het niet zeker. Mijn koorts bleef een week aanhouden, online onderwijs verzorgen lukte niet meer, gaandeweg kreeg ik ook minder adem. Toen daar ook pijn in de lenden en soms in de borststreek bij kwam en wegvallen van eetlust en verandering van smaak, ben ik zelf met mijn vriendin naar het Gentse ziekenhuis Sint-Lucas gegaan. Niets te vroeg, zo bleek. Beide longen waren aangetast, met bijkomende infecties. Ademen werd benauwend en ook wel beangstigend. Kortademigheid was, dat vind ik althans, zo sluipenderwijs toegenomen dat ik als het ware zelf de laatste was om de situatie juist in te schatten. In het ziekenhuis kreeg ik zuurstof toegediend via de neus, dosissen antibiotica via een infuus en ook nog malariapillen als virusremmer, zo bleek. Geen beademing gelukkig, en nog meer geluk: ik ben niet naar de afdeling intensieve zorgen gehoeven.

 

Ademruimte

Na een aantal dagen slapen en nauwlettende medische behandeling melde de kentering zich. Het virus begon de aftocht te blazen. Mijn lichaamstemperatuur werd normaal. Ik kreeg stilaan meer ademruimte en wat meer energie. Wat een opluchting - letterlijk en figuurlijk. De beklemming klaarde op! Na een week kon ik naar huis in quarantaine, goed verzorgd door mijn vriendin, helaas op afstand van mijn dochter die elders woont, en ook enkel digitaal verbonden met alle anderen die me zoveel steun hadden toegestuurd. We zijn nu drie weken verder. Er moeten nog medische controles volgen, maar ik heb weer voldoende stem en adem om de draad van het afstandsonderwijs weer op te nemen.

Ik hoop dat mijn studenten het goed maken, dat ze niet alleen fysiek gespaard blijven van het virus, maar dat ze het ook psychisch allemaal kunnen bolwerken. Het isolement, de online toevloed van opdrachten en leerinhouden, de relatieve afwezigheid van structuur en vastigheid in hun studie. Het moet een extra verwarrende tijd voor hen zijn.

Eén ding lijkt me zeker in deze vreemde tijden: om corona van de troon te stoten, hebben we elkaar én vertrouwen in de toekomst nodig. Met dat eerste zijn we met ons allen al stevig bezig geweest. Misschien nu nog een boost voor het tweede; erop vertrouwen dat het goed komt en dat we ons ook later nog dicht met elkaar verbonden zullen voelen.

 

Stefaan Evenepoel is docent aan de vakgroep Vertalen, Tolken en Communicatie van Universiteit Gent en enthousiast vrijwilliger bij Te Gek!?

Terug